| Terug naar Genre |
![]() |
|
![]() |
Rating: Great |
Billy Idol was begin jaren tachtig geen onbekende, maar met zijn titelloze debuutalbum uit 1982 zette hij zichzelf definitief op de kaart als rockicoon met een nieuw wave-randje. Voordat deze soloplaat verscheen, had Idol al furore gemaakt als frontman van Generation X, een punkband met een gevoel voor melodie. Wat hij op zijn eerste soloalbum doet, is niet zozeer het verleden afzweren, maar het transformeren. Hier geen ruwe punkuitbarstingen, maar strak gecomponeerde nummers die balanceren tussen rauwheid en glamour, tussen attitude en productie.
De kracht van deze plaat zit niet alleen in de songs, maar in het totaalbeeld dat Idol schetst. Zijn imago was al sterk: geblondeerd haar, leren jas, en die typische sneer. Maar wat deze plaat doet, is het combineren van die visuele bravoure met een sonisch statement. De productie van Keith Forsey geeft de plaat een gepolijste, maar toch prikkelende energie. Gitarist Steve Stevens levert flamboyant maar trefzeker gitaarwerk dat perfect aansluit bij Idols vocale snauw. Alles voelt strak geregisseerd, maar nooit steriel. De urgentie blijft behouden.
Openingstrack “Come On, Come On” zet meteen de toon. Het is een roep om aandacht, een uitgestoken middelvinger verpakt in een onweerstaanbaar refrein. Maar de échte kaskraker komt pas daarna. “White Wedding (Part 1)” is meer dan een hit: het is een anthem geworden, tot op de dag van vandaag herkenbaar aan zijn dreigende intro en de iconische vocalen. De opbouw is meesterlijk. De spanning groeit langzaam, als een zenuwslopende scène die naar een ontploffing toewerkt. Het is het soort popconstructie waar Idol, ondanks zijn rebelse uiterlijk, verrassend bedreven in blijkt te zijn.
Ook de andere tracks tonen zijn veelzijdigheid. “Hot in the City” flirt met synthpop, zonder zijn rockwortels te verloochenen. Het nummer is dansbaar, maar behoudt een zekere scherpte. Het is die dualiteit die de plaat zo interessant maakt. Idol is geen rockpurist, maar een kameleon met een duidelijke voorkeur voor dramatische flair. Zijn stem blijft daarbij het anker: gruizig, verleidelijk, altijd op de voorgrond. Hij zingt niet zozeer als dat hij acteert, elke zin krijgt een geladenheid mee die je zelden hoort in standaard rock.
Opmerkelijk is ook hoe goed het album standhoudt als geheel. Er zijn geen echte zwakke momenten. Zelfs de iets minder bekende nummers dragen bij aan het totaalbeeld. “Dead on Arrival” en “Nobody’s Business” zijn misschien niet de obvious singles, maar ze versterken het karakter van de plaat. Ze zijn hoekiger, scherper, maar blijven binnen het kader van Idol’s visie. Dit is geen verzamelbak van losse ideeën. Alles voelt coherent, als een zorgvuldig opgebouwde persoonlijkheid die zich over elf nummers uitstrekt.
De invloed van dit album is lastig te overschatten. Het bracht een stijl bij elkaar die in de jaren daarna veel navolging zou krijgen. Rock met een theatrale twist, new wave met spierballen, pop met een schaduwrandje. Billy Idol was misschien geen vernieuwer in de puurste zin, maar hij wist elementen uit verschillende stromingen te combineren tot iets dat volledig als zijn eigen aanvoelde. Dat is een kunst op zich.
Luisteren naar deze plaat op vinyl voegt daar nog een laag aan toe. De warmte van het analoge geluid versterkt de percussie, maakt de baslijnen tastbaarder en geeft de stem van Idol een fysieke aanwezigheid. In een tijdperk waarin veel muziek synthetisch werd, voelt dit album op plaat bijna als een performance in je woonkamer. Het kraakt, het pulst, het leeft.
Meer dan veertig jaar na dato klinkt “Billy Idol” nog steeds alsof het elk moment uit je speakers kan springen. Het is rebels, verleidelijk en compromisloos. De songs zijn slim opgebouwd, de productie is glashelder en de attitude druipt van elke groef. Voor wie denkt dat imago belangrijker was dan inhoud: deze plaat bewijst het tegendeel. De verpakking is spectaculair, maar de inhoud is minstens zo sterk.
Billy Idol’s debuut is geen document van een beginnend artiest, maar de welgemikte introductie van een volledig uitgekristalliseerd karakter. Alles klopt: de stijl, de sound, de songs. Het is een plaat die niet alleen de jaren tachtig definieerde, maar ook vandaag nog verrassend fris klinkt. Dat is misschien wel de grootste prestatie van allemaal.
= Full Album Play List =
= Track List =